Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 30-05-2019

Boegroer

betekenis & definitie

o. (-en), roer dat bij bijzondere typen van schepen aan de voorsteven wordt aangebracht, om ze beter bestuurbaar te maken bij het achteruitvaren.

Het boegroer komt vrijwel uitsluitend voor bij veerboten, die in nauwe havens, waarin zij niet kunnen keren, met dezelfde snelheid voor- en achteruit moeten kunnen varen; normaal varend wordt het boegroer vastgezet.

< >