v. (-s), oud gebruik waarbij de boeren een ommegang door akkers en velden maken, voorafgegaan door geestelijkheid en kerkdienaars met het kruis.
Meestal vindt de bidprocessie tussen Pasen en Pinksteren plaats. Zij heeft tot doel te bidden voor een goede oogst. De bidprocessie is een voortzetting van de Germaanse ommegang met het beeld van Nerthus en geschiedde later meestal onder het patronaat van een heilige.
De westerse katholieke liturgie kende zelfs een aantal bidprocessies (Lat.: rogatio), vastgesteld nl. op 25 april en op de drie dagen voorafgaande aan Hemelvaartsdag. De bidprocessie van 25 april (litania maior) was de omvorming van een reeds in het oude Rome bestaande antieke rite. Sinds 1969 is deze bidprocessie afgeschaft. De drie bidprocessies voor Hemelvaartsdag zijn van Gallische oorsprong (eind 5e eeuw) en hadden de bedoeling God te smeken om van natuurrampen bevrijd te blijven.
Later ontvingen zij de betekenis van smeekgebed voor een goede oogst. Deze bidprocessies (litaniae minores) staan nog op de westerse liturgische kalender. Hun organisatie is toevertrouwd aan de bisschoppenconferenties .
