v., overeenkomst bij apart beding, inhoudende dat, bij het aangaan van een rechtsverhouding, met betrekking tot het doen vaststaan van bepaalde feiten slechts bepaalde bewijsmiddelen, met uitsluiting van andere, gebruikt mogen worden.
Zo kunnen partijen die met elkaar een overeenkomst van geldlening sluiten, bepalen dat voor het bewijs van de grootte van de restant-schuld alleen de boeken van de crediteur als bewijsmiddel kunnen gelden. Omdat het hier gaat om een overeenkomst tot vaststelling van bewijsmiddelen, zal, na het leveren van het bewijs met die middelen, altijd de mogelijkheid openstaan om tegenbewijs te leveren. Zouden partijen overeenkomen dat uit bepaalde gegevens of verklaringen iets tussen hen komt vast te staan zonder dat hiertegen tegenbewijs kan worden geleverd, dan is er geen sprake meer van een bewijsovereenkomst, maar van een vaststellingsovereenkomst. Komen b.v. bij een verzekeringsovereenkomst partijen overeen dat bepaling van de grootte van de schade zal geschieden door een deskundige zonder dat hiertegen tegenbewijs mogelijk is, dan is er geen sprake van een bewijsovereenkomst. De deskundige is dan geen bewijsmiddel, hij stelt eenvoudig de schade vast.