Romulo Venezolaans staatsman, geboren 22. 2.1908 Guatire (Miranda). Betancourt werd als rechtenstudent in 1928 verbannen wegens deelname aan de opstand tegen dictator Gomez.
In 1930 werd hij lid van de communistische partij.Na de dood van Gomez in 1935 terug in Venezuela, werd hij een van de leiders van niet-communistisch links. Van 1939-41 opnieuw verbannen, richtte Betancourt in 1941 de progressieve Acción Democratica (AD) op. Deze kwam in 1945 met behulp van jonge officieren, onder wie Perez Jimenez, aan de regering, met Betancourt aan het hoofd. Politieke en sociaal-economische hervormingen werden doorgevoerd onder het motto: sembrar el petroleo (de olie uitzaaien). Van 1948—58 regeerde de militaire dictator Perez Jimenez, waarna Betancourt weer tot president werd gekozen.
Het hervormingsstreven van de AD werd afgezwakt, wat Betancourt een steeds betere verstandhouding met de inheemse aristocratie en de Rooms-Katholieke Kerk bezorgde. Hij trad steeds harder op tegen linkse krachten. In 1962 werd o.a. de communistische partij verboden en de strijd tegen de guerrilla verhevigd. De buitenlandse politiek, de ‘Betancourt-doctrine’, luidde, dat er geen betrekkingen werden onderhouden met staten die niet op parlementair-democratische wijze bestuurd werden.
In feite werd de buitenlandse politiek van de VS gevolgd. Bij de verkiezingen in 1963 werd Betancourt verslagen door Raül Leoni. Werken: Una republica en venta (1937), Venezuela, politica y petroleo (1956).