Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 09-03-2019

Beroepsziekte

betekenis & definitie

v. (-n, -s), een ziekte die veroorzaakt of mede bepaald wordt door beroepsuitoefening.

Er zijn verschillende categorieën van beroepsziekten:

1. in rechtstreeks oorzakelijk verband, b.v. stoflongen bij mijnwerkers en steenhouwers, loodvergiftiging in accubedrijven, cementeczeem bij metselaars, tuberculose bij verplegend personeel;
2. idem, waarbij de ziekte binnen één arbeidsdag ontstaan is, b.v. acute beschadiging van de luchtwegen door etsende stoffen;
3. ziekten zonder per individu duidelijk aanwijsbaar oorzakelijk verband, maar in bepaalde beroepen in hogere frequentie voorkomend: pleura- en soms longgezwellen bij aan asbest blootgestelde personen; gewrichtsafwijkingen bij werken met pneumatisch gereedschap; lawaaidoofheid bij wevers, smeden;
4. ziekten die in hun ontstaan of beloop mede bepaald worden door het beroep; dit geldt voor zeer veel ziekten; b.v. bronchitis mede als gevolg van blootstelling aan stof; hartaandoeningen bij zware inspanningen.

De Ned. Ongevallenwet gaf destijds recht op compensatie voor loonderving en op behandeling voor de eerste twee categorieën. Bij het vervallen van de Ongevallenwet in 1966 is de erkenning van het risque professionnel verlaten en worden ook alle beroepsziekten samengevat onder het risque social.

Er ontstaat recht op uitkering krachtens de huidige Ziektewet (1966) en de Ziekenfondswet, indien de werknemer althans krachtens deze wetten is verzekerd. Het begrip beroepsziekte wordt in de sociale wetgeving niet gedefinieerd: in de uitvoering ervan staat de beroepsziekte op één lijn met een bedrijfsongeval. De bedrijfsgeneeskundige dienst heeft ten aanzien van de beroepsziekte een preventieve taak en mag in sommige gevallen patiënten die lijden aan een beroepsziekte behandelen. Dezelfde regeling is van kracht voor een bedrijfsongeval. Beroepsziekten moeten krachtens een beschikking van de minister van Sociale Zaken door de werkgever worden aangemeld bij de bedrijfsvereniging, die er zorg voor draagt dat de aangifte, aangevuld met medische gegevens, wordt doorgezonden naar de medische dienst van de arbeidsinspectie.

België.

De schade ontstaan uit beroepsziekten wordt geregeld door het KB van 3.6.1970, houdende coördinatie van de wetsbepalingen betreffende de beroepsziekten. Het KB van 10.4.1974 (Stb.

8. 5.1974) geeft de lijst van beroepsziekten die aanleiding geven tot schadeloosstelling. Voormelde wettelijke en reglementaire bepalingen zijn niet alleen van toepassing op de werknemers, leerjongens, leermeisjes, leerlingen en studenten bedoeld bij art. 2 van het KB van 3.6.1970, maar het KB van 5.1. 1971 heeft de schadevergoeding voor beroepsziekten uitgebreid tot de overheidssector. Schadeloosstelling is verschuldigd wanneer iemand, die door een ziekte van de officiële lijst is getroffen, aan het beroepsrisico van die ziekte werd blootgesteld gedurende de ganse periode of een deel daarvan in de loop waarvan hij behoorde tot een van de door de wet bedoelde categorieën van personen. eder werk dat gedurende die perioden is verricht in de bedrijfstakken, beroepen of categorieën van ondernemingen die de koning op advies van de Technische Raad opsomt per beroepsziekte, wordt vermoed de getroffene aan dat risico te hebben blootgesteld, tenzij het tegendeel bewezen wordt.

Het Fonds voor de beroepsziekten, een openbare instelling die rechtspersoonlijkheid geniet en onder rijkswaarborg staat, doet uitspraak omtrent iedere aanvraag om schadeloosstelling of om herziening van reeds toegekende vergoedingen. De wet van 9.8.1963 heeft bij het Ministerie van Sociale Voorzorg een openbare instelling opgericht, het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV), waarin ook een dienst voor geneeskundige verzorging werd ingesteld, belast met de administratie van de geneeskundige verzorgingsverzekering. De categorieën rechthebbenden op de geneeskundige verstrekkingen, door de wet bepaald en die zowel de preventieve als de curatieve verzorging omvatten, worden door de wet opgesomd, en kunnen door een in ministerraad overlegd KB verruimd worden.

De wet maakt onderscheid tussen de primaire ongeschiktheidsuitkering en de invaliditeitsuitkering uitbetaald voor elke werkdag van de arbeidsongeschiktheid die voortduurt na het tijdvak van primaire arbeidsongeschiktheid.

< >