[Gr., diepte der zee], o., het geheel van de op de bodem van de zee levende mariene fauna. Er is een onderscheid te maken tussen benthos dat vastgegroeid leeft (sessiel benthos) en benthos dat zich vrijelijk kan bewegen (vagiel benthos).
Een voorbeeld van het eerstgenoemde is het koraaldier; tot het vagiel benthos behoren de zeeëgels en zeekomkommers, de meeste slakken en vele andere weekdieren.Doordat het benthos op de bodem van de zee (-ybenthaal) leeft, is het te onderscheiden van plankton (in het water drijvende organismen) en van nekton (vrij zwemmende organismen). De meeste benthonische organismen hebben planktonische larven en een aantal vrij zwemmende organismen zijn nauw met het benthos verbonden.