eig. Theophylactus van Tusculum, paus (1032—45), +1055; neef van Benedictus vin.
Benedictus, in 1032 op simonistische wijze tot paus verkozen, werd in 1044 uit Rome verdreven en vervangen door de tegenpaus Silvester m. Nadat hij Silvester had verdrongen, verkocht Benedictus in 1045 de pauselijke waardigheid aan zijn dooppeter Gregorius vi. In 1046 liet keizer Hendrik III zowel Benedictus als Silvester III en Gregorius VI formeel afzetten en vervangen door Clemens I. Na de dood van deze laatste (1047) wist Benedictus het pausschap weer te bemachtigen, evenwel slechts voor korte tijd, want in 1048 werd hij definitief uit Rome verdreven.