Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 09-03-2019

Belas'tingdruk

betekenis & definitie

m., de lasten van belastingheffingen die drukken op het besteedbare inkomen van de individuele belastingbetaler (micro-economische belastingdruk) of alle belastingbetalers gezamenlijk (macro-economische belastingdruk).

Subjectieve belastingdruk is het subjectief ervaren en dus onmeetbare offer aan behoeftenbevrediging als gevolg van belastingheffing. Objectieve belastingdruk is de totale geldelijke belastingdruk op individu of volkshuishouding; hij wordt vaak gehanteerd in de zin van macro-economische objectieve belastingdruk en dan gemeten aan de totale belastingbaten in procenten van het nationale inkomen tegen marktprijzen over dezelfde periode (afb.).

Economische subjecten zullen op verschillende wijzen reageren op de hun opgelegde belastingdruk. Allereerst is het mogelijk dat zij deze passief aanvaarden door hun bestedingen en besparingen aan te passen aan de vermindering van de beschikbare koopkracht. Waarschijnlijker is het in enigerlei vorm optreden van actieve reacties. Daarvan heeft de belastingtheorie de meeste aandacht geschonken aan de overdracht of afwenteling van de belastingdruk via het ruilverkeer (zie belastingafwenteling). Het subject kan zich ook aan de belastingplicht onttrekken, hetzij op illegale wijze (zie belastingontduiking), hetzij op legale wijze door het ontgaan van belastingen. Dit ontgaan van de belastingdruk kan door de overheid zijn gewenst om met behulp daarvan verschuivingen in consumptieen/of produktiepatroon te realiseren.

Is het ontgaan in strijd met de bedoeling van de overheid dan spreekt men van belastingvlucht (b.v. in andere rechtsvormen of naar andere landen). Tenslotte is ook belastingcompensatie mogelijk met als voorbeeld de inspanningseff ecten die zich voordoen bij belasting van het arbeidsinkomen. Deze effecten kunnen zowel positief als negatief zijn (door vergrote, resp. verminderde arbeidsinspanning). Welk effect de overhand heeft, is afhankelijk van het inkomensniveau, de mate van progressie in de belasting en de intensiteit van de behoeften.

Een en ander betekent voor de overheid dat niet alleen de directe gevolgen (in de vorm van koopkrachteffecten) van de belastingheffing moeten worden bestudeerd, maar ook de daardoor op gang gebrachte afweerreacties. Bovendien moeten de gevolgen van een verandering van de belastingdruk op de geaggregeerde economische grootheden worden onderzocht (macro-economische analyse van de belastingheffing). Zo kan een te hoge belastingdruk leiden tot grootscheepse ontduiking (met als gevolg een achterblijvende belastingopbrengst), sterke afwentelingsreacties (met mogelijk inflatoire prijsstijgingen) of negatieve inspanningsreacties op grote schaal (met nadelige gevolgen voor de economische groei). [prof.drs.V.Halberstadt]

LITT. C.Goedhart, Hoofdlijnen van de leer der openbare financiën (2e dr. 1967); Centraal Planbureau, De druk van de inkomstenbelasting in de komende jaren (CPB-Monografie nr. 14, 1972).

De ontwikkeling van de belastingdruk in België wijst op een sneller toenemend aandeel van de directe belastingen. Brengt men bij de berekening ook de parafiscale lasten in rekening, dan is de belastingdruk in België gestegen van 28,0 % in 1962 over 33,8 % in 1970 tot 35,1 % in 1972.

< >