Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Bedding (bed)

betekenis & definitie

v. (-en),

1. het bodemoppervlak waarover het water van een rivier stroomt;
2. - of zaat van een schip, de kuil die een schip in de grond maakt;
3. grondslag, onderlaag voor grote zware lichamen of machines, m.n. een vloer waarop het geschut staat ;
4. bodemlaag.

KRIJGSKUNDE.

Voor vestinggeschut op radaffuiten waren tamelijk zware en vrij ingewikkeld samengestelde, uit verschillende lagen bestaande, houten beddingen nodig. Later is voor dit doel ook wel gebruik gemaakt van de wiel- of radbedding.

WATERBOUWKUNDE.

Het zomerbed (a) is het oppervlak dat bij gewoon hoog zomerwater of bij gewone vloed door de rivier of stroom wordt ingenomen. Het winterbed (b + a + b) is het oppervlak tussen de buitenkruinlijnen van de dijken of de hoge gronden die het water bij de hoogste stand keren.

< >