Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Batz

betekenis & definitie

[naamsoorsprong onzeker], m. (-en), Zuidduits muntje.

Aan het eind van de 15e eeuw lieten mensen uit Augsburg en Memmingen bij gebrek aan kleingeld 4-kreuzerstukken slaan: rollbatzen of kortweg batzen. De aanmunting verspreidde zich over Zwitserland en Zuid-Duitsland.

< >