Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Baskisch

betekenis & definitie

I. bn., van de Basken; Baskische rozenkrans, metalen rozenkrans met vaste kralen op een ring, bidring;

II. zn. o., taal van de Basken.

Taal. Het Baskisch (in eigen taal: Euskara, Eskara, Uskara) is de enige nog levende niet-Indo-europese taal in West-Europa, die daardoor een volstrekt geïsoleerde positie inneemt binnen de grote Europese taalfamilie. Het tegenwoordige Baskisch, waarvan de oorsprong niet met zekerheid bekend is, vertoont een zeer ingewikkeld en, vergeleken met Indo-europese talen, ouderwets karakter. Het heeft een groot aantal wortelwoorden en een zeer grote vormenrijkdom: naamvallen en werkwoordelijke vormen. Verbuiging en vervoeging geschieden door middel van achtervoegsels, terwijl in de werkwoordsvormen nog de persoonlijke voornaamwoorden geschoven worden. Een bewijs van ouderdom van de woorden is b.v. dat de Baskische woorden voor mes en steen van dezelfde wortel zijn.

Het werkwoord kenmerkt zich ook door overwegend passieve vormen. In de diverse prov. lopen de Baskische dialecten sterk uiteen. Het Baskisch wordt nog gesproken door 600000-700000 mensen aan de Golf van Biskaje aan weerszijden van de Pyreneeën, in grote delen van de Spaanse prov. Viscaya, Alava, Guipúzcoa en Navarra en in sommige delen van het Franse dep. Pyrénées-Atlantiques.

LITT. R.M. de Azkue, Diccionario vasco-español-francés (2 dln. 1905-06); P. Bosch y Gimpera, El problema etnológico vasco y la arqueologïa (1923); P. Lhande, Dictionnaire basque-français (1926-38); I. Lopez Mendizábal, La lengua vasca (1943); S. Arotçarena, Grammaire basque (1951); L. Michelena, Fonética historica vasca (1961).

Litteratuur. De Baskische taal bezit een litteratuurgeschiedenis, die aanvangt in het begin van de 16e eeuw met fragmenten van epische poëzie. Uit deze tijd dateert de oudste bundel liefdesgedichten en godsdienstige poëzie van B. Dechepare. In de 16e en 17e eeuw ontwikkelde zich een rijke litteratuur, waarbij het accent, onder invloed van de Reformatie, op religieuze werken lag. In 1571 verscheen het NT, in het Baskisch vertaald door Ioannes Leizarraga. Uit 1643 dateert het stichtelijke geschrift Guero van de geestelijke Pedro de Axular.

In de 18e eeuw ontstonden er door jezuïeten in het Baskisch opgestelde leerboeken, die echter zeer gekunsteld van taal waren. De tweede helft van de 19e eeuw was de bloeiperiode van de Baskische litteratuur met als middelpunt de plaats San Sebastián. In die tijd ontstonden vele belangrijke werken in poëzie, proza en dramatische vorm. Bekende auteurs uit deze periode zijn de dichters Indalecio Bizcarrondo-Vilinch, Jean Baptiste Elissamburu en Sabino de Arana y Goiri, en de romanschrijver Domingo de Aguirre. Tot de aan liedjes, sprookjes en legenden rijke Baskische volkslitteratuur behoren ook de volksstukken en de spreekwoorden, waarvan er honderden reeds in de 17e eeuw door Arnauld Oihenart verzameld werden.

LITT. R.M. de Azkue, Cancionero vasco (verzamelde volksliederen, 7 dln. 1912-19); L. Michelena, História de la literatura vasca (1960).

< >