(bande, heeft gebannen),
1. verdrijven, in ballingschap zenden; iemand uit het land bannen, verbannen;
2. door bezwering verdrijven: de duivel, de boze (oneig.) verdrijven, verjagen: ban uw vrees; een vreemd denkbeeld van zich bannen, moeite doen het te vergeten;
3. aftroeven in het kaartspel.