in Nederland raad op het gebied van het beleid van de Ned. Bank, ingesteld ingevolge de Bankwet van 194
8. De Bankraad, die tenminste zes maal per jaar vergadert, bestaat uit 17 leden, te weten de zgn. Koninklijke Commissaris van de bank, 4 commissarissen van de bank, 6 representanten van het bedrijfsleven, 3 representanten van de werknemersorganisaties en 3 deskundigen op het gebied van geld- en bankwezen.
De president van de Ned. Bank brengt aan de Bankraad verslag uit over de algemene economische en financiële ontwikkeling en over de door de Ned. Bank gevoerde politiek. De raad is tevens een adviescollege voor de minister van Financiën ter zake van het bankbeleid. De minister moet de Bankraad horen als hij de directie van de Ned. Bank een aanwijzing betreffende haar beleid wil geven.
De vergaderingen van de raad worden, behalve door de 17 leden, bijgewoond door de directie van de Ned. Bank, de thesaurier-generaal of diens plaatsvervanger, alsmede de door de ministers van Landbouw, Economische en Sociale Zaken benoemde vertegenwoordigers, die in de vergadering een adviserende stem hebben.