m., een typisch Ned. gerecht (vooral in Gelderland, Overijssel en Drenthe, tevens in Belg. Limburg), dat oorspronkelijk een bijprodukt van de huisslacht was.
Balkenbrij was de laatste verwerking van de slacht, waarbij levervocht, resten bouillon van de uitgekookte kop en de worsten, stukjes vlees, stukjes lever en kaantjes werden verwerkt met boekweitmeel en wat gaargekookte rijst, rozijnen en kaneel, zout en peper, nootmuskaat, nagelkruid en rommelkruid. Het wordt in plakken gesneden door bloem gewenteld en gebakken bij brood en roggebrood gegeten, soms ook wel met suiker of stroop.