v. (-n, -s), (ook: bacteriose), door infectie met bacteriën ontstane ziekte.
Bij planten kan slechts een klein deel van de bekende bacteriën ziekten veroorzaken. Deze bacteriën behoren voor het merendeel tot de geslachten Pseudomonas, Xanthomonas, Erwinia, en Corynebacterium. Slechts enkele ziekteverwekkers behoren tot het geslacht Streptomyces.
Het patroon van de ziekteverschijnselen is gevarieerd: verwelking (b.v. de watermerkziekte bij wilg, veroorzaakt door Erwinia salicis), rot (in groenten, wortels enz. door Erwinia carotovora), vlekken (b.v. de vetvlekkenziekte in bonen, veroorzaakt door Pseudomonas phaseolicola), tumorvorming (b.v. de kroongalziekte bij vele planten door Agrobacterium tumefaciens), kanker (b.v. bij steenvruchten door Pseudomonas mors prunorum), necrose (b.v. het perevuur door Erwinia amylovora), en schurft (teweeggebracht door Streptomyces scabies in aardappelknollen).
LITT. C.Stapp, Pflanzenpathogene Bakterien (1958).
