(baoe) oud-egyptische benaming voor macht, ziel - Ba was in het oude Egypte een begrip waarmee de macht waarover de mens beschikt verbonden was. Zo werd de meervoudsvorm baoe gebruikt voor de macht waardoor de koning zich deed gelden tegenover zijn vijanden.
De ba was ook een voorstelling van de menselijke ziel in de vorm van een vogel, de jabiroe, een soort ooievaar.Soms draagt deze het hoofd van een mens: onder ba wordt dan ook incarnatie van de mens in de vogel verstaan. De ene god kan de ba van de andere zijn.
De ba-vogel functioneert vooral bij de dood. Terwijl de mummie aan het graf is gebonden, vliegt de bavogel, als beweeglijk element van de dode, de grafschacht uit om op aarde levensingrediënten voor de dode te halen (b.v. lucht). De ba kent ook de wegen door het dodenrijk. Heilige dieren, zoals de stier, werden als ba van de god bij wie zij behoorden opgevat.
LITT. L.V.Zabkar, A study of the ba concept in ancient Egyptian texts (1968).
