[awami, volk], politieke partij in Bangla Desj. De Awamiliga werd in 1949 te Dacca, toentertijd hoofdstad van Oost-Pakistan, een deel van de republiek Pakistan, gesticht.
Hoewel deze formatie de pretentie had geheel Pakistan te omvatten, bestond zij vnl. uit Oostpakistani die zich verzetten tegen de Westpakistaanse hegemonie. De Awamiliga werd al gauw aan onderdrukking blootgesteld, maar kreeg in 1954 wel de gelegenheid om aan de verkiezingen deel te nemen.Zij sloot toen een Verenigd Front met de Bengaalse Krisjak Sramik (= arbeiders- en boeren) partij. Dit front verwierf met 64% van de Oostpakistaanse stemmen een absolute meerderheid in het Oostpakistaanse parlement. In 1956 kreeg de Awamiliga ook op nationaal niveau voor korte tijd regeringsmacht. Een Westpakistaanse leider van de Awamiliga, Soehrawardy, werd toen premier. Zijn pro-westerse buitenlandse politiek en zijn aanpassing aan de bestaande orde, leidden in Oost-Pakistan tot scheuring (1958). Bjasani richtte toen de Nationale Awamiliga op.
De Awamiliga had reeds in 1955 het Verenigd Front verbroken. In 1958 moest de Awamiliga opnieuw illegaal gaan werken. In 1964 kon de liga weer openlijk gaan functioneren. Onder leiding van Mudjibur Rahman werd zij uitermate populair. De verkiezingen van 1970 brachten de Awamiliga een grote overwinning. Vervolgens viel zij opnieuw ten prooi aan Westpakistaanse repressie, maar nadat Indiase interventie in 1971 tot de stichting van Bangla Desj geleid had, werd de Awamiliga daar dè regeringspartij.
LITT. A. Rashiduzzaman, The Awami League of Pakistan (Asian Survey X, 1970).
