Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Atrecht

betekenis & definitie

(Fr.: Arras), Franse stad, hoofdplaats van het dep. Pas-de-Calais, aan de Scarpe, 48500 inw.

Marktplaats met metaal- en textielindustrie. Stadhuis uit de 16e eeuw.In de oudheid hoofdplaats van de Atrebaten (in het Lat. Atrebatum)', in de 6e eeuw reeds bisschopszetel. Eind 12e eeuw kwam het in handen van Artois en werd daarvan hoofdstad. In 1384 aan Bourgondië, 1477—92 aan Frankrijk, waarna het meermalen betwist werd (in 1640 voorgoed in Franse handen).

Wandtapijtkunst. Reeds na de Romeinse tijd bezat Atrecht een belangrijke wolindustrie. Vanaf het midden van de 14e eeuw was er een bloeiende wandtapijtkunst, die gestimuleerd werd door opdrachten van het Bourgondische hof. De faam van de tapijten in geheel Europa blijkt uit de benaming voor wandtapijten in diverse talen (Ital. arrazzo, Spaans raz, Engels arras). Tapijten uit Atrecht worden o.a. bewaard in de kathedraal van Doornik. Na de eerste helft van de 15e eeuw overvleugelden Doornik en Brussel Atrecht als tapijtcentrum.

LITT. H.Göbel, in: Wandteppiche i: Die Niederlande I (1923).

< >