m. (-en),
1. vogel uit een categorie grote roofvogels, geroemd om hun moed, kracht, snelle en hoge vlucht en scherp gezicht (zie arenden); zien als een Arend, vogel, zeer scherp zien; (spr.) een Arend, vogel vangt geen vliegen, een groot of edel mens strijdt niet tegen onbeduidende personen;
2. voorstelling van de onder genoemde vogel; m.n. als veldteken of standaard bij de Romeinen en de Fransen; koorzanglessenaar in de vorm van een arend met uitgespreide vleugels;
3. in de heraldiek de afbeelding van de onder 1. genoemde vogel in natuurlijke gedaante (de fantastische vorm heet adelaar);
4. schacht en baard van een sleutel tezamen genomen.