Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Arbeidsverdeling

betekenis & definitie

v. (-en), de splitsing van het produktieproces in een aantal fasen door de benodigde arbeidsprestaties te ontleden in een reeks gespecialiseerde bezigheden.

De in de westerse samenleving ver doorgevoerde mate van arbeidsverdeling is goeddeels het produkt van de industriële revolutie, die de fabriekmatige produktie deed ontstaan en daardoor de mogelijkheden schiep voor specialisatie van de in het produktieproces vereiste functies. Tot de

voordelen van deze zgn. technische arbeidsverdeling kan men rekenen:

1. de vergroting van de arbeidsproduktiviteit doordat ieder die taak krijgt toegewezen, waarvoor hij het meest geschikt is;
2. vermijding van omschakelingsverliezen;
3. vergrote specialisatiemogelijkheden en
4. meer overzichtelijkheid in de produktieopbouw.

Met de toegenomen mechanisatie en rationalisatie van het produktieproces vormt deze technische arbeidsverdeling de voornaamste oorzaak van de snel gestegen welvaart in de westerse landen. Intussen mag men niet uit het oog verliezen, dat er ook schaduwzijden aan de vaak zeer ver doorgevoerde arbeidsverdeling zijn. Sociaal-economisch is de onderlinge afhankelijkheid van de bedrijven er ten zeerste door vergroot, hetgeen soms leidt tot onvoldoende synchronisatie in de produktie of ook wel tot kortsluiting tussen produktie en afzetmogelijkheden. Hier kan een bron liggen voor conjuncturele verstoringen. Voorts heeft de arbeidsverdeling voor de werkende mens een zekere verarming in zijn dagtaak teweeg gebracht in die zin, dat in vele gevallen voor het allround vakmanschap van de vroegere ambachtsman het zeer gespecialiseerde en vaak geestdodende werk aan machines, lopende band e.d. in de plaats is gekomen.

Naast de technische arbeidsverdeling onderscheidt men voorts nog de begrippen sociale en geografische arbeidsverdeling. Onder sociale arbeidsverdeling wordt verstaan de geleding van de maatschappij naar afzonderlijke functies, waarbij elke bedrijfstak een speciale taak is toebedeeld, b.v. produktie (industrie en landbouw), dienstverlening (verkeer en transport) en bemiddeling tussen producent en consument (handel). De geografische arbeidsverdeling betreft tenslotte de taakverdeling tussen de landen, die aan het internationale verkeer deelnemen. De voordelen, verbonden aan deze geografische arbeidsverdeling, vormen het doorslaggevende argument voor een zo intensief mogelijk internationaal handelsverkeer.

LITT. K.Marx, Die deutsche Ideologie (1845—46; vele herdr.); E.Durkheim, De la division dutravail social (1893; vele herdr.); T.Parsons, Essays in sociological theory (1964).

< >