Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Apostolisch

betekenis & definitie

bn. en bw.,

1. van de apostelen afkomstig, op hen betrekking hebbende, met hun geest overeenkomende: de apostolische verhalen; apostolische overleveringen; zie Apostolische Geloofsbelijdenis, de twaalf geloofsartikelen, credo; zie apostolische vaders, de kerkvaders die in onmiddellijke aanraking met de apostelen geleefd en geschreven hebben;
2. als van een apostel: een apostolische ijver;
3. van de paus afkomstig of betrekking tot hem hebbende; zie apostolische zegen, zendbrief; de Apostolische Kanselarij; Apostolische Stoel, het pauselijk hof, de paus zelf; apostolische nuntius, zie nuntius; apostolisch delegaat, vertegenwoordiger van de H.Stoel in landen waarmee geen geregelde diplomatieke betrekkingen worden onderhouden; Apostolisch vicariaat, rechtsgebied van een door de paus benoemde vicaris in de missielanden; Apostolische Kamer, lichaam voor het beheer van de goederen en rechten van de Heilige Stoel; Apostolische Majesteit, vroeger titel van de koningen van Hongarije en sedert 1758 ook van de keizer van Oostenrijk;
4. de apostolischen, (Schotse) christelijke sekte, gesticht door E. Irving, zie Apostolische Kerken.

< >