Adivar - Halide Edip, Turks schrijfster, *1884, ♱ 1.1964 Istanbul; dochter van een secretaris van sultan Abdoel Hamid 11. Zij publiceerde in 1909 haar eerste roman, Seviyye Talib. Na haar echtscheiding (1910) ontwikkelde zij zich tot voorvechtster van de vrouwenemancipatie. Halide Edip werd na 1918 actief als nationaliste en in 1919 hield zij haar beroemde redevoeringen in Istanbul. Zij schaarde zich met haar tweede man, Adnan Adivar, bij de nationalisten van Kemal Atatürk en werd beroemd als ‘korporaal’ in de strijd tegen de Griekse invasie.
Van 1923—39 werd zij verbannen wegens een te liberale instelling. In deze periode schreef zij Memoirs of Halide Edip (1926). Na haar terugkeer werd Halide Edip hoogleraar Engels te Istanbul. Van 1950-54 was zij parlementslid. Halide Edips romans en verhalen hebben veelal een vrouw als hoofdpersoon; de motieven zijn emancipatie, vaderlandsliefde en de nationale strijd. Halide Edip schreef ook leerboeken en ze vertaalde werken van Shakespeare en Orwell. Zij behoort tot de beroemdste schrijvers van het nieuwe Turkije. Werken: Handan (1912); romans: Yeni Turan (1912; Du. vert. Das neue Turan, 1916), Atesten Gömlek (1922; vert. in Fr., Du., Eng., Zw.; Het vurige hemd; verfilmd), Kalp Agrisi (1924; Hartepijn), Vurun Kahpeye (1926; Sla de hoer dood; verfilmd), Sinekli Bakkal (1938; in 1942 met de eerste litteraire prijs van Turkije bekroond; oorspronkelijke uitgave in het Engels, 1936; Ned. vert. De dochter van de pias, 1937), Yol Palas Cinayeti (1937; Misdaad in het Yol-palace; verfilmd), Döner Ayna (1954; De draaiende spiegel), Hayat Pargalari (1963; Levensfragmenten); korte verhalen: Daga (fikan Kurt (1922; De wolf die de bergen intrekt); essays: The Turkish ordeal (1928), Turkey faces West (1930), The conflict of East and West in Turkey (1935).
