Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 29-12-2018

Achaimeniden

betekenis & definitie

Achaimeniden, dynastie van Perzische koningen, genoemd naar de vermoedelijke stichter Achaimenes. De Achaimeniden behoorden tot de IndoEuropese stammen, die ca. 1000 v.C. uit de centrale steppen van Azië Iran binnenvielen. Aanvankelijk ondergeschikt aan de Meden wisten de opvolgers van Achaimenes de verschillende Perzische clans in een politieke confederatie bijeen te brengen. Kyros II kwam in opstand tegen de Medische koning Astyages en veroverde de hoofdstad Ekbatana (Hamadan, 550 v.C.). Hij verenigde Meden en Perzen in het Perzische Rijk (Perzië).

Kyros voerde een gedurfde expansiepolitiek die hij afsloot met de inneming van Babylon (539 v.C.). Onder zijn opvolgers (Kambyses n, Dareios i) groeide het koninkrijk uit tot een grootmacht, die reikte van de Middellandse Zee tot aan de Indusvallei en van de Hindoe Koesj tot aan de Perzische Golf. Reeds ca. 500 begon echter de afbrokkeling, toen Perzië ten gevolge van de Ionische opstand in een uitputtende oorlog met de Griekse stadstaten raakte. De Grieken wisten zich te handhaven (Perzische oorlogen). Dynastieke twisten verzwakten het rijk verder en de satrapen gingen zich als zelfstandige vorsten beschouwen. Onder Alexander de Grote kwam het eind van het Perzische Rijk (331 v.C.). Beschaving. Dank zij een politiek van verdraagzaamheid en door het verlenen van religieuze en culturele autonomie aan de overwonnen volkeren brachten de Achaimeniden orde, rust en veiligheid over heel West-Azië. Het gebied werd ingedeeld in 23 satrapieën (provincies) met een koninklijk gouverneur (satraap) aan het hoofd. Deze decentralisatie was mogelijk dank zij een bureaucratie en een efficiënt koeriersysteem. Architectuur en beeldende kunsten waren geheel afgestemd op de monarchie: monumentale bouwprojecten moesten de glorie van de koning onderstrepen. Egyptische, Ionische en Oerartese vormen mengden zich met Assyrisch-Babylonische, Elamitische en eigen stijltradities.

Kenmerkend zijn de paleissteden van Pasargadai, Sousa en Persepolis. Vooral het laatste werd, als een soort ideologisch cultuurcentrum, een grootse creatie. Dareios I en zijn opvolgers lieten aan de voet van de Koeh-i Rahmat een majestueuze stad bouwen met prachtige toegangspoorten, feestpaleizen, kolossale zuilenhallen en schatkamers (Naksj-i-Roestam). In de omgeving lieten ze indrukwekkende grafkamers in de rotsen uithouwen. De beeldhouwwerken, in laag reliëf, van paleizen en rotsgraven behoren tot de fraaiste van het oude Nabije Oosten. In de luxueuze edelsmeedkunst, evenals in de andere kunstvormen, vindt men zowel het aristocratisch-feodaal staatsbestel weerspiegeld als het culturele versmeltingsproces. Deze kenmerken werken ook door in de taal: als schrift voor hun Indo-Europese taal namen de Achaimeniden het Semitische spijkerschrift over, terwijl ze Aramees als diplomatieke en ambtelijke verkeerstaal invoerden. Perzië.

Li TT. A.T.Olmsted, History of the Persian Empire (1948); R.Frye, De erfenis der Perzen (1963).

< >