Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 29-12-2018

aartskanselier

betekenis & definitie

aartskanselier - aarts'kanselier, m. (-s, -en), 1. titel der drie geestelijke keurvorsten van Mainz, Trier en Keulen; 2. titel van een der voornaamste grootwaardigheids-bekleders in het eerste Franse Keizerrijk; 3. Aartskanselier van de Heilige Stoel, opperste kanselier van het pauselijke hof; 4. titel (sinds 878) van de leden van de kanselarij der Karolingische vorsten, aartskapelaan.

< >