Laurierwilg Europa, N.-Azië; 15-20 m.
Synoniem: S. laurifólia WESM..
Gewoonlijk komt de laurierwilg op onze kwekerijen alleen voor als een hoge struik; vrijstaand wordt het een vrij hoge boom met donkergrijze schors welke, met zijn glanzend donkergroene bladeren, in groepen of alleenstaand, in grote parken een zeer goed effect maakt. Twijgen glanzend olijfgroen, lichtbruin, in het voorjaar, evenals de pas ontloken bladeren, kleverig; bladeren bovenzijde glanzend donkergroen, onderzijde lichtgroen, eivormigelliptisch of ei-lancet-vormig, bladvoet afgerond, top kort toegespitst, bladrand klierachtig, gezaagd; steunblaadjes, indien aanwezig, smal niervormig. Deze mooie wilg bloeit in Mei, aan korte zijtwijgen met goud-gele katjes. ♂ bloemen met 5-10 meeldraden; ♀ bloemen met korte stijl en gespleten stempel; schutbladen behaard.
