Gepubliceerd op 15-03-2019

Pírus calleryána DCNE

betekenis & definitie

China, Japan, Korea; 12 m.

Kleine boom met sterk afstaande takken, vóór de bladontwikkeling zeer rijk bloeiend met zuiver witte bloemen in bijna ronde tuilen, glanzend groene eivormige of eivormig-ovale bladeren en kleine, rond-peervormige vruchten, helderbruin gekleurd en gestippeld; een boom die zeer weinig wordt aangeplant, doch voor grote parken als solitairplant is aan te bevelen, temeer daar de bladeren in de nazomer zeer mooi goudgeel tot bronskleurig getint zijn.

Twijgen eerst zeer spaarzaam aan de top behaard, spoedig kaal wordend, lichtbruin met talrijke lichte lenticellen. Bladstelen 2-4 cm lang, eerst zijdeachtig behaard, later kaal; bladeren 5-8 cm lang, top spits, bladvoet afgerond, rand fijn ingesneden gezaagd, eerst aan beide zijden behaard, later bovenzijde kaal, onderzijde zeer lang behaard blijvend, doch uiteindelijk kaal wordend. Bloemen 2-2,5 cm in diameter in eerst zeer spaarzaam behaarde, later kale tuilen; 20 meeldraden met bruin-rode helmknoppen; 2-3 stijlen; vrucht ruim 1 cm in diameter, rond-peervormig, tamelijk lang gesteeld.

< >