M.- en Z.-China; 40 m.
Synoniem: L. acerifólia MAXIM..
Hoge opgaand groeiende boom, met een brede schermvormige kroon; takken zonder kurklijsten;
jonge twijgen behaard, spoedig kaal wordend. Bladeren 8-15 cm breed, bovenzijde matglanzend donkergroen, onderzijde lichtgroen en fijn behaard, in het najaar tot scharlakenrood verkleurend, meestal 3-lobbig, de lobben driehoekig-eivormig, met lang toegespitste top en klierachtig gezaagde bladrand, bladvoet zwak hartvormig.
Bloemen en vruchten als bij L. styracíflua, de laatste tot 3 cm in diameter en met slipvormige schubben.
L.f. var. montícola REHD. et WILS. verschilt van de soort door geheel kale twijgen en bladeren; de bladvoet niet hartvormig, meer afgeplat.