Chinese noot M.-China; 25 m.
Jonge twijgen en knoppen klierachtig behaard; bladeren 60-90 cm lang, met 4-8 paar zijblaadjes en een topblaadje; zijblaadjes 10-20 cm lang, bovenzijde donkergroen, onderzijde iets lichter en evenals de spil en bladsteel klierachtig behaard, lang-eivormig of omgekeerd lang-eivormig, fijn gezaagd. ♂ katjes 20-35 cm lang, ♀ bloeiwijzen aarvormig, lang gesteeld. Vruchten meestal 6-10 bijeen in hangende trossen, met de buitenschaal tot 4,5 cm lang, kleverig behaard; binnenschaal puntig, met 6-8 lengtegroeven.
Bij ons een sterk groeiende boom, van de vorige soort zich onderscheidend door sterkere beharing aan de onderzijde der blaadjes en langere vruchttrossen.