Z.-Europa; 25 cm.
Synoniem: Genísta decúmbens WILLD..
Kruipend struikje met 5-hoekige, spaarzaam viltig behaarde, dunne twijgen, zeer kleine, donkergroene blaadjes, in Mei-Juli bloeiend met kleine, heldergele bloemen, meestal 1-3 bijeen aan kort behaarde bloemstelen. Bladeren 8-20 mm lang, 2-4,5 mm breed, bovenzijde donkergroen, spaarzaam aanliggend behaard, onderzijde aanliggend grijs behaard, enkelvoudig, lang-elliptisch of omgekeerd lang-lancetvormig.
Bloemen heldergeel, 1-1,5 cm lang met behaarde kelk, omgekeerd eironde vlag, aan de top iets gekarteld, ongesteeld vruchtbeginsel met zijwaarts gebogen stijl. Peulvruchten 2-2,5 cm lang, behaard, 3-4-zadig. Voor zonnige plaatsen.