Windende klimheesters met enkelvoudige, hartvormige bladeren; bloemen meestal 1-2 bijeen, bloemdek 3-tallig, grotendeels buisvormig, 6 meeldraden met ongedeelde helmknoppen en 3-6-lobbige stempel, doosvrucht 6-kleppig.
Evenals het vorige geslacht worden ook de Aristolóchia's zeer veel gebruikt voor beplanting van waranda’s, muren, prielen, enz.. Hun grootste sierwaarde wordt wel bepaald door de mooie, hartvormige bladeren, welke dakpansgewijze over elkaar liggen; bloemen van die.soorten, welke hier winterhard zijn, missen de prachtige tinten der tropische soorten. Zij verlangen een zonnige standplaats en een vruchtbare, kalkhoudende bodem. Kweekwijze door afleggen.
