o., rollend materieel geschikt voor het rijden op rails ten behoeve van spoorwegen.
© De zeer intensieve dienst met een maximumsnelheid van 210 km/h met speciale treinstellen op een geheel nieuwe lijn, die de Japanse spoorwegen al in 1964 waren begonnen, stimuleerde de technische ontwikkeling in andere landen. In o.a. Frankrijk, de BRD en Groot-Brittannië worden gunstig getraceerde lijngedeelten bereden met een snelheid van 200 km/h en worden locomotieven en rijtuigen voor deze snelheid gebouwd. In Japan worden nog enkele lijnen voor hoge snelheid geopend. Geluidsoverlast door o.a. het wiel-railcontact staat een aanzienlijke verdere verhoging van de snelheid vooralsnog in de weg. Ook Italië en de BRD beginnen met de aanleg van nieuwe lijnen voor hoge snelheid, geschikt voor reizigers- en goederenvervoer en vanwege de milieu-eisen voor een deel in tunnels. Groot succes hebben de Franse spoorwegen met de op 27.9.1981 begonnen reizigersdienst met een snelheid van 260 km/h op de TGV-lijn Parijs-Lyon. Deze geheel nieuwe geëlektrificeerde spoorlijn voor Trés Grande Vitesse is niet voor goederentreinen geschikt. De speciale geluidarme treinstellen kunnen over het bestaande spoorwegnet doorrijden naar verder gelegen bestemmingen. Een aangepast TGV-treinstel bereikte op 26.2.1981 de snelheid van 380 km/h, wat een nieuw wereldsnelheidsrecord op rails was.
In enkele landen wordt geëxperimenteerd met treinstellen met de kantelbaktechniek, die snel rijden door krappe bogen van bestaande lijnen mogelijk moet maken. Het Britse APT-project (Advanced Passengers Train) dat de kantelbaktechniek toepast en dat veel revo utionairder is dan de TGV, heeft met zoveel technische problemen te kampen dat het vrijwel mislukt is. → Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen, → Nederlandse Spoorwegen NV.
