Gepubliceerd op 17-01-2021

Roemenië

betekenis & definitie

(Republica Socialista Romania), volksrepubliek, begrensd door de USSR, Hongarije, Joegoslavië, Bulgarije en de Zwarte Zee, 237500 km2. Hoofdstad: Boekarest.

ECONOMIE Voor de industriële ontwikkeling is Roemenië afhankelijk van eigen investeringen, doordat binnen de Comecon weinig geneigdheid bestaat Roemenië in zijn eigen weg te steunen. Roemenië vertoont daardoor een zeer hoog investeringspercentage: 34 % van het bruto nationaal produkt (BNP) wordt opnieuw in de industrie geïnvesteerd. Dit betekent dat de toegenomen inkomsten niet in de consumptieve sfeer kunnen en mogen worden uitgegeven. De totale industrie levert 63 % van het B N P . Hiervan vertegenwoordigen de metaalindustrie (auto’s) en chemische nijverheid meer dan de helft.

Het internationale toerisme is voor Roemenië een grote mogelijkheid om buitenlandse valuta’s te verkrijgen. Buitenlandse bezoekers kunnen tegen een zeer voordelige koers Roemeens geld krijgen. De Karpaten, de Donaudelta en de badplaatsen aan de Zwarte Zee (Mamaia, Eforie, Mangalia) trekken bijna 4 mln. buitenlandse toeristen per jaar.

Alle inspanningen samen hebben ertoe geleid dat Roemenië een actieve handelsbalans heeft gekregen hoewel de groei van de buitenlandse handel (10 %) beneden de planramingen blijft.

POLITIEK Bij de verkiezingen van de Nationale Vergadering in mrt. 1975 werden voor de eerste keer in 139 kiesdistricten twee kandidaten voor een zetel toegelaten. Ceausescu werd door de nieuwe Vergadering herkozen tot staatshoofd. De Roemeense Communistische Partij kent geen Politbureau. De functies die dit orgaan in andere communistische landen vervult, worden in Roemenië over twee lichamen verdeeld, het Politieke Uitvoerende Comité en het in 1974 opgerichte Permanente Bureau. Dit laatste is voornamelijk verantwoordelijk voor de economische politiek en concentreert zich op de buitenlandse handel. Het bestaat uit vijf leden; het Uitvoerende Comité uit 23 leden.

In 1975 had de Roemeense Communistische Partij 2,5 mln. leden, waarvan 130000 in 1974 tot de partij waren toegetreden. Van de leden waren er 50 % geklasseerd als arbeiders, 22 % als intellectuelen en/of employés en 20 % als boeren.

Roemenië kreeg het in 1977 moeilijk door de zware aardbeving die het land teisterde. Er vielen 1570 doden, 11300 gewonden en 35000 mensen werden dakloos. Ceausescu deed een beroep op het volk gezamenlijk de slag te boven te komen. Er waren echter geruchten dat in aug. 1977 grote mijnstakingen plaatsvonden uit protest tegen voedselgebrek en het overwerk dat verricht moest worden om de produktietekorten in te halen. Ceausescu kwam aan de eisen van de arbeiders tegemoet. Ook tegenover critici van zijn beleid nam hij een vrij soepele houding aan. Paul Goma, een van de ondertekenaars van een petitie, kreeg amnestie en mocht het land verlaten.

Tijdens het partijcongres van nov. 1979 kwam het tot een incident toen een afgevaardigde opstond en Ceausescu van machtsmisbruik en grootheidswaanzin beschuldigde. Hij werd onmiddellijk als afgevaardigde geschrapt, zodat het congres Ceausescu eenparig kon herkiezen. Bij de samenstelling van de nieuwe leidende partijorganen deden zich opnieuw talrijke wijzigingen voor. In twee jaar wisselden de meeste belangrijke functies in Roemenië van titularis.

Ceausescu werd na de parlementsverkiezingen van mrt. 1980 als president herkozen. Hij liet er geen twijfel over bestaan dat hij nooit stakingen zoals in Polen zou toelaten. Toch waren er tijdens de zomermaanden van 1980 berichten over werkonderbrekingen in sommige bedrijven rond Boekarest. Ceausescu trok in de weken die op het akkoord van Gdansk volgden persoonlijk naar de markten van de hoofdstad om er de marktbezoekers een betere bevoorrading te beloven. Maar toen enkele weken daarop geruchten circuleerden over prijsverhogingen voor levensmiddelen, maakte hamsterwoede zich van veel Roemenen meester. De landbouwbedrijven hielden met het oog op de komende prijsverhogingenvoorraden achter.

Op 4.12.1980 zegde het Centrale Comité van de partij de landbouwers inderdaad een hogere prijs voor hun produkten toe (gemiddeld 11,8 %), maar op 18 dec. verklaarde Ceausescu dat de staat die verhogingen helemaal voor zijn rekening nam. Eerder had men reeds een inkrimping van de militaire uitgaven afgekondigd om meer geld vrij te maken voor de verbruikers. In een rapport dat Amnesty International op 30.6.1980 publiceerde, werden de schendingen van de mensenrechten in Roemenië aan de kaak gesteld. In dat rapport wordt gezegd dat vreedzame tegenstanders van de regering op ontoelaatbare wijze worden gestraft. Ook werd een strenge beperking van het recht van vrije meningsuiting, van de pers en van vergaderen vastgesteld. De vervolgde personen zijn vooral leden van religieuze groepen en van nieterkende vakbonden.

Internationaal zette Ceausescu zijn onafhankelijke koers voort. Het partijblad verdedigde de positie van de zgn. eurocommunisten en benadrukte de onafhankelijkheid van alle communistische partijen. Van 16-22.8.1978 bezocht de Chinese partijleider Hoea Kwo-feng Roemenië en prees de vastbesloten zelfstandige koers van Roemenië. De USSR beschouwde het bezoek als poging van de Chinese leider 'vijandschap te zaaien tegen het Sovjetvolk’. Ook door zijn reactie op de Sovjetrussische invasie in Afghanistan (dec. 1979) en door zijn bemiddelingspogingen in het Midden-Oosten liet Ceausescu merken dat Roemenië zijn relatieve onafhankelijkheid tegenover de USSR wil handhaven. Afb.p.526.

< >