m., tak van handel die als laatste schakel in het distributieproces direct aan de consument levert.
© In Nederland neemt de belangstelling van winkeliers voor samenwerking met branchegenoten steeds meer toe. Zo was het aantal zaken dat op basis van → franchising wordt geëxploiteerd in 1979 gestegen tot 8600 in de meest uiteenlopende sectoren. Tot de kenmerken van franchising behoren o.a. de grote invloed van de organisator op het commerciële beleid van de aangesloten zelfstandige detaillisten. Hierdoor ontstaat een keten van zaken met een herkenbare, uniforme winkelformule. Wil franchising echter duurzaam en voor beide partijen winstgevend zijn, dan moet daarvoor een vorm van bedrijfsvoering ontwikkeld zijn, waarvan het succes kan worden aangetoond. Afspraken daarover moeten door beide partijen worden nagekomen; binnen dit raam wordt daarom op diverse niveaus gepleit voor een onafhankelijke geschillencommissie.
Bovendien wordt de detailhandel in toenemende mate gedwongen tot toepassing van moderne technieken. Onder invloed van de stagnerende welvaartsgroei zijn rendementsverbeteringen in de detailhandel niet of nauwelijks meer via reële omzetstijgingen bereikbaar, maar resten slechts mogelijkheden tot rationalisering van de kosten. Het aandeel van de distributie in de verkoopprijs van een produkt neemt toe doordat de produktiviteitsstijging in de distributie relatief achterblijft en de kosten van het transport toenemen. Vooral voor produkten met hoge omloopsnelheden en lage marges, b.v. levensmiddelen, is rationalisering van de distributie daarom van fundamenteel belang geworden. In toenemende mate wordt daarbij gebruik gemaakt van micro-elektronika, geautomatiseerde informatieverwerking en telecommunicatie. In de distributie van consumptiegoederen zijn belangrijke kostenbesparingen mogelijk door een goede afstemming van de informatie-uitwisseling in de bedrijfskolom.
Het lijkt niet te verwachten dat door de ontwikkeling in de automatisering het kleine bedrijf in de detailhandel in een nadelige positie komt ten opzichte van het grootwinkelbedrijf. Wel zullen aan de bedrijfsleiding van het kleine bedrijf hogere eisen worden gesteld ten aanzien van management, innovatiegerichtheid en ondernemingswil, in welk verband samenwerking van grote betekenis kan zijn. → midden- en kleinbedrijf