Gepubliceerd op 17-01-2021

Czeslaw milosz

betekenis & definitie

Pools dichter, *30.6.1911 Seteiniai (Litouwen). Milosz studeerde rechten te Wilna, dat toen tot Polen behoorde.

In 1931 richtte hij het avantgardistische tijdschrift Zagary (Gloed) op. Vanwege hun cultuurpessimisme en apokalyptisch wereldbeeld werd de groep rond dit tijdschrift ook wel als de ‘catastrofisten’ aangeduid. In 1934-35 studeerde hij in Parijs, waar hij de Franse surrealistische poëzie leerde kennen. Zijn Parijse periode gaf hij weer in de bundel Trzy zimy (1936; Drie winters). Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij actief in het Poolse verzet te Warschau. Zijn illegaal gepubliceerde gedichten (onder het pseud.

Jan Syruc) werden in 1945 gebundeld in Ocalenie (Redding). Het was een van de eerste boeken die door de Volksrepubliek Polen werd gepubliceerd. Van 1945-51 was hij cultureel attaché van de Poolse diplomatieke dienst te New York, Washington en Parijs. Onder toenemende druk van het stalinisme emigreerde hij in 1951 naar Parijs. Hij werkte daar voor de Poolse emigrantenuitgeverij Instytut Literacki. In 1961 werd hij hoogleraar Slavische talen aan de Berkeley-universiteit in Californië.

In 1974 kreeg hij de prijs van de Poolse PEN -Club voor zijn vertalingen van poëzie; in 1978 de internationale Neustadt-prijs voor litteratuur van de universiteit van Oklahoma en in 1980 de Nobelprijs voor litteratuur. Op 8.6.1980 mocht Milosz na 31 jaar ballingschap terugkeren naar Polen om het eredoctoraat van de universiteit van Lublin in ontvangst te nemen. Milosz schrijft proza, essays en vertellingen. Hij geldt echter vooral als een van degrootste hedendaagse Poolse dichters door een twaalftal poëziebundels. Hierin komt hij naar voren als een natuurfilosoof en moralist met sterk humanistische opvattingen. Hij is zich steeds bewust van de gevaren die de mensheid bedreigen.

Hoewel hij ook in het Engels schrijft, is zijn werk sterk verbonden met de Poolse taal en geschiedenis. Hij vertaalde o.a. werken van W.Shakespeare, W.Whitman, T.S.Eliot, P.Neruda en C.Baudelaire in het Pools; en Poolse dichters in het Engels. Werken: Zniewolony umysl (1953; Du. vert. Verführtes Denken, 1958), Dolina Issy (1953; Du. vert. Tal der Issa, 1957; Eng. vert. The Issa valley, 1981), Traktat poetycki (1956; Poëtisch traktaat, gedichten), Rodzinna Europa (1959; Du. vert. Westund östliches Gelände, 1961), Gucio zaczarowany (1965; De betoverde Gust, gedichten), The history of Polish literature (1969), Prywatne obowiqzki (1972; essays), Ogrod nauk (1979; gedichten),

< >