(AI), in 1961 te Londen opgerichte humanitaire organisatie. AI groeide in de jaren zeventig uit tot een invloedrijke internationale instelling met afdelingen in meer dan 100 landen.
Het ledental dat in 1970 rond de 15000 schommelde, was in 1982 opgelopen tot meer dan 250000.Het eerste doel van AI is de vrijlating te verkrijgen van personen die om hun geloof, hun politieke overtuiging, ras of huidkleur gevangen worden gehouden zonder dat zij geweld gebruikt of gepropageerd hebben. Bovendien voert de organisatie sinds 1973 actie tegen de martelpraktijken in tal van landen. Vanaf 1977 bond AI ook de strijd aan tegen de doodstraf, die in veel landen nog niet was afgeschaft.
Sinds het begin werkt AI met adoptiegroepen, die zich over kleine aantallen gevangenen ontfermen. Het voornaamste pressiemiddel van de organisatie is het verspreiden van informatie over landen waar de mensenrechten worden geschonden, zodat het bewuste land in diskrediet raakt bij de grote massa.
AI kreeg vooral veel aanzien door haar publikaties: de jaarlijkse rapporten en sinds 1976 de ‘landenschriften’ (o.a. over Rhodesië, Guatemala en Iran). Enkele belangrijke rapporten die in de jaren zeventig veel opzien baarden, waren het rapport over de martelingen (1973 en 1975) en het rapport over de kindermishandeling die door de overheid als repressiemiddel wordt gebruikt (1979). Aan AI werd in 1976 de Erasmusprijs en in 1977 de Nobelprijs voor de vrede toegekend. Een recente publikatie van AI is Torture in the eighties (1984).