Ned. adviesorgaan voor de regering, op 14.5.1975 ingesteld bij Ministeriële Beschikking. De Raad is een nietambtelijk, onafhankelijk adviescollege van de minister van Defensie en heeft tot taak de minister op verzoek of eigener beweging van advies te dienen over vraagstukken inzake de defensie, in het bijzonder over tactische en strategische aangelegenheden, over het materieel alsmede over technische, organisatorische en financiële problemen.
De voorzitter en de leden worden door de minister telkens benoemd voor een periode van twee jaar. De leden komen uit de politieke en wetenschappelijke wereld en uit werkgevers- en werknemersorganisaties, maar zij hebben zitting op persoonlijke titel. Aan de Raad zijn door de minister adviseurs toegevoegd. Van de zijde van het Ministerie van Defensie zijn dit de chef-defensiestaf, de chefs van staven en directeuren-generaal. Van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is benoemd de chef van de Directie Atlantische Zaken en Veiligheidsaangelegenheden. De commissaris van de Raad voor de Militaire Produktie vertegenwoordigt het Ministerie van Economische Zaken.De rapporten die de Raad aan de minister uitbrengt worden door deze binnen drie weken gepubliceerd. Indien dit om redenen van geheimhouding, concurrentiestelling e.d. niet mogelijk mocht zijn, zal de minister de rapporten ter vertrouwelijke kennisneming aan de voorzitters van de vaste commissies voor defensie en buitenlandse zaken van de Eerste Kamer en Tweede Kamer der Staten-Generaal zenden. Tot 1980 heeft de Raad de volgende rapporten aan de minister uitgebracht: Territoriale verdediging (1977), Europese materieelsamenwerking op defensiegebied (1978), HetERRB-wapen (Enhanced Radiation Reduced Blast, 1978), Defensie financiering (1978), Kernwapens in de grijze zone (1979), Nederland en de vredestaken van de Verenigde Naties (1980).
