Nieuwe encyclopedie van Fryslân

Meindert Schroor PhH (2016)

Gepubliceerd op 10-01-2025

Zuidergo (Suthergo of Sudergo)

betekenis & definitie

Middeleeuws graafschap, ook (graafschap) Staveren (Stavero) genoemd.

Had sinds de elfde, mogelijk al tiende eeuw Staveren (Stavoren) als voornaamste marktplaats. Staveren werd ook muntplaats (& Brunonen) en was standplaats van de moederkerk van een ontginningsgebied van enige omvang. De precieze omvang van Zuidergo is onbekend. Afgaande op de twaalfde eeuwse bezitsverspreiding van de abdij van Staveren omvatte het in de 11e mogelijk reeds tiende eeuw de omgeving van Hieslum-Oudega-Heeg en lag de noordoostelijke grens langs de Wide Wimerts. Zo zouden ook het benedenstroomgebied van de Tsjonger en bezittingen aan het Almere bij Zuidergo gehoord kunnen hebben. Na circa 1150 opgesplitst en verdeeld over uiteindelijk Westergo en Zevenwouden. Het is aannemelijk dat de kern van Zuidergo althans geografisch teruggaat op het vroegmiddeleeuwse woongebied Sutrachi (negende eeuw), gelegen rond het oudste Stavoren (& Odulf), dat mogelijk vergelijkbaar is met het woongebied rond Medemblik. Van deze vroegmiddeleeuwse fase is vrijwel niets bekend, vooral vanwege de erosie die optrad bij het verwijden van Vlie en Almere tot Zuiderzee.

Zie: Mol, H., ‘De middeleeuwse veenontginning in Noordwest-Overijssel en Zuid-Friesland: datering en fasering', Jaarboek voor middeleeuwse geschiedenis 14/11 (2011) 46-90; Frieslands Oudheid 139-141.

< >