Nieuwe encyclopedie van Fryslân

Meindert Schroor PhH (2016)

Gepubliceerd op 10-01-2025

Vijf speciën

betekenis & definitie

Conglomeraat van vijf belastingen (schoorsteengeld, hoofdgeld, hoorngeld [koeien en rieren of tweejarige koeien], paardengeld en gezaai of bezaaide landen) waarvan de inning sinds 1634 was gebundeld.

Vanouds doorgaans verpacht, maar sinds 1748 door ontvangers ‘bij collecte' ingevorderd. De vijf speciën brachten jaarlijks 3 à 400.000 gulden op (ca. 15% van de gewestelijke inkomsten). In veepestjaren nam de opbrengst dramatisch af. Na afschaffing van het hoofdgeld (1797) spreekt men van ‘vier speciën'; ze vervielen per 1 januari 1806.Zie: Nieuwland, P., Friezen gezocht (2005) 167-168; Gew. fin. 108-111,167-174; Drie eeuwen 140-143; TS IV 394-400.

< >