(Groningen 11.11.1736 - Wirdum, Groningen 24.4.1784).
Jurist. Studeerde rechten te Groningen. Advocaat in Groningen, later redger in verscheidene rechtstoelen in Fivelgo. Lid van het rechtshistorisch genootschap Pro Excolendo Iure Patrio te Groningen. Zijn werk over de regeringsvorm van de Ommelanden, waaraan toegevoegd een editie van de Oudfriese Hunsingoer codices, is een standaardwerk. Van Halsema was in zijn tijd een van de weinige kenners van het Oudfries. Hij deed in 1779 de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden het aanbod een Oudfries woordenboek samen te stellen. Uiteindelijk is het bij een (ongedrukte) ‘Proeve' gebleven (Tresoar, Hs 364).Wrk.: Oordeelkundige verhandeling over den staat en regeringsvorm van de Ommelanden tusschen den Eems en de Lauwers (1778); Het aloude Ommelander Wetboek van Hunsingo in de oude oorspronglijke Friesche landtale (1778).
Zie: Bremmer, R.H., ‘De leksikografy fan it Aldfrysk', in: A. Dykstrae.a. (red.), In skiednis fan 'e Fryske taalkunde (1999) 75-94, ald. 76-78; Hanenburg, K., Petrus Wierdsma en de útjefte fan de Oude Friesche Wetten (1957); NNBW VIII 675.