Gemeenschap van gemeenten in een (geografisch) deel van een kerkprovincie/regio van het land.
In de kerkorden van de Nederlandse Hervormde kerk en de Protestantse kerk in Nederland (resp. 1951 en 2004) wordt onderscheid gemaakt tussen classis en classicale vergadering, dat is de ambtelijke vergadering die leiding geeft aan het leven van de classis. De classis is ontwikkeld in de Zwitserse Reformatie. Nadere contouren werden zichtbaar op de synode van Emden (1571) en het convent van Wezel (1568). De formele vaststelling van de grondvergadering van de kerk (tussen kerkenraad en synode) vond plaats op de synode van Dordrecht (1619). Blijkens Het Compendium der Kerkelijke Wetten (1722) en Wetboek en Kerken-orde (1806) functioneerde het Dordtse type niet in Fryslân, trouwens evenmin in Utrecht en Zeeland. Daar legden de overheden de invloed en de zelfstandige positie van de classis aan banden. Met de invoering van het Algemeen Reglement voor de Nederlandse Hervormde Kerk (1816) ontstond een nieuw classicaal type, waarbij de classicale vergadering zich niet meer over geloofszaken mocht uitspreken en bevoegdheden overdroeg aan het classicaal bestuur. Na jarenlange strijd vond in 1951 eerherstel van de classicale vergadering plaats. Ten tijde van de Republiek was Fryslân verdeeld in zes classes. Onder de titel Een kerk in opbouw publiceerde J.J. Kalma de boeken van de classes Sneek (1583-1624), Bolsward-Workum (1600-1633) en Franeker (1636-1658).
Zie: Wassenaar, J.D.Th., ‘De classicale vergadering', HW Confessioneel CXVIII, nr. 14 (2006) 11; Broeke, C. van den, Een geschiedenis van de classis (2005); Wassenaar, J.D.Th., ‘De kerkorde en de classicale vergadering', in: Balke, W., e.a. (red.), De kerk op orde? (2001) 163-176; Drimmelen, L.C. van, Het ABC van SOW (2000) 26; Cuperus, S., Kerkelijk leven der Hervormden in Friesland tijdens de Republiek, I (1916) 31-63.