Steekwoord - trefwoord; woord dat iets precies omschrijft.
‘Timing’ is het steekwoord, de juiste handeling. de Volkskrant, 04-06-88
‘Het is Pasen, Jaap,’ zucht Hillen. ‘Christus is waarlijk opgestaan. Urbi et orbi. Het Vaticaan. Karol Wojtyla. “Gesegende paasfest, dankewel for de bloeme.” Die steekwoorden zeggen je toch wel iets?’ HP/De Tijd, 04-04-97
Bij een werkcollege is het ‘vrijblijvend inhaken’ en ‘afvuren van steekwoorden’ niet meer afdoende... HP/De Tijd, 29-08-97
Fietsbel en achterlichtje van de PvdA. Gezond, buitenlucht, milieu, fietsen. Dat waren de steekwoorden tijdens de brainstorm-vergaderingen van de sociaal-democraten. Vrij Nederland, 07-03-98