Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 14-06-2017

Kwakdenker

betekenis & definitie

Kwakdenker - iemand die aan kwakdenken doet.

Hoe gezond is, bij dit alles vergeleken, ‘Het strafbare lichaam’, waarin Karin Spaink ten strijde trekt tegen alle Californische goeroes en andere holisten, die ze aanduidt met de verzamelnaam ‘kwakdenkers’. Het Parool, 25-05-92

De verregaande populariteit van de kwakdenkers wijt Karin Spaink o.m. aan het feit dat zij stevige kritiek op de reguliere geneeskunde leveren en daarmee inspelen op de gevoelens van onvrede van veel mensen: de persoonlijke onmacht die het gevolg is van de vertechnocratisering van de medische wetenschap, dat is het aanknopingspunt van de orenmaffia, die mensen immers ogenschijnlijk invloed op en controle over hun eigen gezondheid gunt, terwijl de gewone dokter daar meestal geen ruimte voor schept en alleen geïnteresseerd is in het repareren van het kapotte onderdeel. Opzij, mei 1992

Dat haar ziekte en gedwongen rust haar zo ver hebben gebracht, betwijfelt ze: ‘Ik word gewoon ouder en wijzer. Je repertoire neemt toe.’ Het verzet van ‘een deplorabele dweil’ tegen theelichtjes en kwakdenkers. de Volkskrant, 10-07-92

< >