Knop: een - omdraaien - plotseling van houding veranderen; zich opeens heel anders gaan opstellen. Informeel.
Bij 8-4 dacht ik nog aan Christine Magnusson, die bij dezelfde achterstand deze week van haar had verloren. Kennelijk draait ze op het moment dat ze dreigt te gaan verliezen een knopje om, waardoor ineens alles lukt. de Volkskrant, 16-04-88
Maar een collega van haar hield haar tegen. Die hoorde ik, hoewel die woorden niet voor mijn oren bestemd waren, zeggen: ‘Laat die jongen maar, hij haalt de zestien niet.’ Op dat moment ging er bij mij een knop om. Ik dacht: voor mijn zestiende dood? Moet ‘jij’ eens opletten! Nieuwe Revu, 13-09-88
‘We lopen niet om ze heen,’ zegt Marcus. ‘Integendeel. Praten met vrouwen gaat veel gemakkelijker. Dat combineert goed. Maar het is zo vanzelfsprekend om met je gevoelens bij vrouwen aan te kloppen, dat is te gelikt. Daarom probeer ik een knop om te zetten, zo van: nee, ik ga op dit feestje niet naar wijven kijken.’ HP/De Tijd, 18-07-97