Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 13-06-2017

Hondoloog

betekenis & definitie

Hondoloog - hondendeskundige.

De tederste momenten zijn die waarop het hele gezin zich eensgezind rond de buis nestelt, bijvoorbeeld bij ‘Natte Neuzen’ waarin die hondoloog, omringd door purperen trainingspakken met hun gedresseerde strontmachines, neuzelt over ‘een stuk begrip naar de hond toe’. HP/De Tijd, 27-01-9)

< >