Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 08-06-2017

focusgroep

betekenis & definitie

focusgroep - groepje onderzoekers naar het kiesgedrag, in opdracht van de PvdA.

Van alle partijen steekt de PvdA verreweg de meeste energie in de verkiezingscampagne. Begin vorig jaar al begon campagneleider Felix Rottenberg met het uitzetten van onderzoek en de formulering van de strategie. De partij trok tienduizenden guldens uit voor ‘focusgroepen’, representatieve gezelschappen van acht a tien mensen die uren werden ondervraagd over de meest uiteenlopende onderwerpen, zodat na tientallen sessies gedurende een jaar nauwkeurig kon worden vastgesteld wat de kiezer beweegt. Nog steeds lopen een paar focusgroepen ‘mee’, ze kunnen tijdens de campagne worden geraadpleegd. Istha: ‘Clinton heeft er veel gebruik van gemaakt. Die focusgroepen zijn echt goud waard.’ HP/De Tijd, 15-04-94

Focusgroep. Evalueert de vraag: wat beweegt de mens? Ontstaan toen de PvdA zich vernieuwde, wanhopig op zoek naar een verklaring waarom de kiezers zich van de partij afkeerden. Verwacht mag worden dat het woord bezit zal nemen van andere maatschappelijke geledingen die wat te ‘focussen’ hebben. Gebakken-luchttaal. Hans Auer: Zeg nooit doei, 1995

< >