Factor acht - substantie in het bloed die essentieel is voor het stollingsproces en die ontbreekt bij hemofilie. Medisch jargon.
Hemofiliepatiënten bleken uiterst kwetsbaar voor het virus. Factor acht, waarmee ze zich soms drie keer per week inspuiten, is een concentraat uit het bloed van tienduizenden donors. HP/De Tijd, 24-01-92
Bloed is gevaarlijk. Ook zonder aids. Het bloed van een kerngezonde donor kan een hemofiliepatiënt (en elke andere patiënt) goed ziek maken. Daarom wordt er meestal heel wat ondernomen met het bloed, voordat de patiënt het krijgt toegediend. Eerst wordt het gescheiden in bloedcellen en plasma, een vloeistof die niet veel meer bevat dan water en eiwitten. Als dat plasma een tijdje staat, zakken er verklonterde delen naar de bodem, waarin de eiwitten zich hebben opgehoopt: het cryoprecipaat. In die betrekkelijk geconcentreerde vorm werd het jarenlang gegeven aan hemofiliepatiënten. Die missen namelijk een bepaald eiwit in hun bloed, waardoor bij hen een wond nooit heelt, maar blijft doorbloeden tot er niets meer over is. Dat eiwit is het stollingseiwit ‘factor VIII’. Vrij Nederland, 23-01-92