Dit wordt toegepast op de ‘vrucht der redenaarskunst’, wanneer men een meesterstuk van welsprekendheid wil aanduiden, voortreffelijk van inhoud en vorm.
De zegswijze is ontleend aan Spreuken 25, 11: ‘Een reden op sijn pas gesproken, is als gouden appelen in silvere gebeelde schalen’. Zie het Ndl. Wdb. II, 552; Korenbl. II, 404; Vondel's Harpoen, vs. 105; Kalv. I, 16: Zijn woorden waren van pas als zilveren appelen in een gouden vlechtwerk; Nkr. V, 9 Sept. p. 4:Daer schettert Ruys de Beerenbrouck
Woest tegen de socialen,
Geeft tal van gouden appelen
Op zuiver zilveren schalen.
Hd. goldene (güldene) Aepfel in silbernen Schalen (Zeitschr. f D. Wortf, IX, 291; XIII, 91); eng. apples ofgold in pictures ofsilver.