(eig. F. van der Ven, geb. 1907) Ned. dichter, was hoogleraar arbeidsrecht en sociale politiek te Tilburg, tevens medewerker van 'Roeping'.
Omstreeks WO II gaf V. enkele poëziebundels uit, die romantische, doorgaans religieus geïnspireerde gedichten bevatten, o.a. Balladen van Brabant 1939, Laus Brabanciae 1947 en Getijden van het hart 1947. Meer recente, licht-humoristische poëzie verscheen in Fragmenten uit het niets 1981 en Rondelen 1982.