Definities van Woordenboek Nederlands-Turks in de Ensie S
- schaamteloos
- schaap
- schaapherder
- schaapskooi
- schaar
- schaars
- schaarste
- schaats
- schaatsen
- schacht
- schade
- schadeclaim
- schadelijk
- schadeloosstellen
- schadeloosstelling
- schaden
- schadevergoeding
- schaduw
- schaduwen
- schaduwrijk
- schaduwzijde
- schaften
- schakel
- schakelaar
- schakelen
- schakelkast
- schaken
- schaken
- schakering
- schaking
- schamel
- schamen
- schampen
- schamper
- schampschot
- schandaal
- schandalig
- schande
- schandelijk
- schans
- schap
- schapenbout
- schapenkaas
- schapenvacht
- schapenvlees
- schappelijk
- scharen
- scharnier
- scharrelei
- scharrelen
- scharrelkip
- schat
- schateren
- schaterlach
- schatgraver
- schatje
- schatje!
- schatkamer
- schatkist
- schatrijk
- schatten
- schattig
- schatting
- schaven
- schavot
- schede
- schedel
- schedelbasisfractuur
- scheef
- scheel
- scheen
- scheenbeen
- scheepsarts
- scheepsbouw
- scheepsjongen
- scheepskok
- scheepslading
- scheepsramp
- scheepswerf
- scheepvaart
- scheepvaartmaatschappij
- scheerapparaat
- scheercrème
- scheerkwast
- scheermes
- scheerspiegel
- scheerwol
- scheerzeep
- scheet
- scheiden
- scheiding
- scheidsrechter
- scheikunde
- scheikundig
- schel
- schelden
- scheldnaam
- scheldpartij
- scheldwoord
- schelen
