Definities van Woordenboek Nederlands-Turks in de Ensie D
- dofheid
- dog
- dogma
- dok
- doka
- dokken
- dokter
- doktersadvies
- doktersassistente
- dokwerker
- dol
- dolblij
- dolen
- dolfijn
- dolfinarium
- dolk
- dollar
- dom
- domein
- dominant
- dominee
- domineren
- domino
- dominosteen
- domkop
- dommelen
- domoor
- dompelen
- domper
- donateur
- donder
- donderbui
- donderdag
- donderen
- donderpreek
- donderslag
- donderwolk
- donker
- donkerblauw
- donkerblond
- donkerbruin
- donor
- donorcodicil
- dons
- donzig
- dood
- dood
- dooddoener
- doodeng
- doodgaan
- doodgewoon
- doodgraver
- doodlopen
- doodmaken
- doodmoe
- doodop
- doods
- doodsbang
- doodsbleek
- doodschieten
- doodshoofd
- doodskist
- doodslaan
- doodslag
- doodsoorzaak
- doodsstrijd
- doodstil
- doodstraf
- doodsvijand
- doodvonnis
- doodziek
- doof
- doofheid
- doofstom
- dooi
- dooien
- dooier
- doolhof
- doop
- doopnaam
- door
- doorbijten
- doorbladeren
- doorboren
- doorbraak
- doorbreken
- doorbreken
- doorbrengen
- doordacht
- doordat
- doordeweeks
- doordringen
- doordringen
- doordringend
- dooreen
- doorgaan
- doorgaand
- doorgaans
- doorgang
- doorgeven
